- Collection02. - 02. Geestelijke instellingen in de stad voor 1797
- Collection02.06. - 02.06. Gasthuis
- Fonds02.06. - Gasthuis oorkonden
- Item29 oktober 1235 - Actum anno gratiae M°CC° tricesimo quinto, in crastino apostolorum Symonis et Judae - De deken en het kapittel van Tongeren stellen een minzame schikking tussen Daniel de Mulkin en Egidius, zijn zoon, milites (1) enerzijds, en het Sint-Jacobsgasthuis anderzijds, op. Eerstgenoemden bezaten 4 bunder leengrond van de Luikse kerk onder Offelken (2) ; het gasthuis hield die grond in pand tegen 12 Luikse marken ; de vader van Daniel, die in de kapel van gezegd gasthuis begraven lag, had die 12 marken ongeveer 40 jaar tevoren aan het gasthuis gelegateerd. De broeders beweerden nu dat hij de 4 bunder geschonken had en dat bedoelde 12 marken op de molen van Blale (3) belast waren. Volgende schikking werd getroffen : het hospitaal geeft 6 1/2 Luikse ponden van Daniel en Egidius. Daniel draagt de 4 bunder over aan zijn zoon Egidius, die ze tegen een jaarlijkse cijns van 1 stuiver aan het gasthuis geeft. Worden vermeld : Hermannus de Hamale (4), Henricus de Authulle (5) en Walterus de Betue (6), milites en leenmannen van
- Item1 oktober 1236 - Acta sunt haec anno domini M°CC°tricesimo sexto, in die beati Remigii. - Wilhelmus de Haren, priester en vicaris van de kerk van Tongeren (1), en Gerardus dictus Poutevinus, poorter van Tongeren (2) doen uitspraak als scheidsrechters in het geschil tussen het St-Jacobsgasthuis en de dochters van Lambertus de Mirica, lekebroeder van Hochte (3) te weten Margaretha, met haar zoon Jordanus, Mechtildis en Aleydis (4) Zij bepalen dat de curia de Mirica en 14 bunder grond aan het gasthuis toebehoren, mits binnen de 40 dagen 20 Luikse ponden te betalen aan voorschreven gezusters, buiten de 16 Luikse marken, die Aleydis als bruidschat op gezegde bunder geniet, alsmede de schulden van Lambert, ten bedrage van 20 Luikse marken en 15 mudden renten te kwijten, 01/10/1236
- Item21 oktober 1236 - Actum in die XI Milium Virginum anno Domini M°CC° tricesimo sexto - De deken en het kapittel maken de voorgaande akte bekend. Aleidis zal niets anders van de ouderlijke goederen mogen eisen dan de besproken uitzet. Meester Renerus, provisor van het gasthuis (1), neemt de schenking der goederen aan en belooft de voorwaarden te eerbiedigen, 21/10/1236
- Item4 november 1236 - Actum in crastino beati Huberti anno Domini M°CC°XXX secto. De deken en het kapittel van St-Jan in insula te Luik stellen meester Renerus, procurator van het gasthuis van Tongeren, in naam van dit gasthuis, in 't bezit van 12 roeden land, afhangende van het cijnshof dat gezegd kapittel te Hanis (1) bezit ; deze grond is bezwaard met een jaarlijkse cijns van 2 stuiver en werd aan het hospitaal door de blinde Arnoldus de Mirica geschonken. De opvolgers van Meester Renerus moeten gezegde grond voor het cijnshof verheffen en de rechten betalen, 04/11/1236
- Item1246 - De broeders en zusters van het St-Jacobsgasthuis te Tongeren vragen aan de paus de regel van St-Augustinus te mogen volgen, hen en hun goederen onder zijn bescherming te nemen en de deken van St-Paulus te Luik tot conservator van de goederen en rechten van gezegd hospitaal van te stellen. Ze vragen tevens dat de paus een aflaat van 20 dagen zou verlenen aan degenen die bijdragen tot het herbouwen van de kapel van het gasthuis, die van ouderdom in puin valt, 1246
- Item12 december 1248 Datum anno domini M°CC°XL°octavo, in vigila beatae Luciae - L. capellanus ac magister (1), alsmede de overige broeders en de zusters van het St-Jacobsgasthuis, verklaren dat Herbertus, sacerdos de Dippenbeke, 6 Luikse marken aan het gasthuis geschonken heeft, op voorwaarde hem en zijn dochter Katharina, alsook aan haar dochter, Katharina, jaarlijks 2 mudden rogge, Tongerse maat, uit te betalen, 12/12/1248
- Itemmei 1273 - Datum anno domini M°CC°LXX tercio, mense mai. - Johannes, deken van het kapittel van Tongeren (1), maakt bekend dat Arnoldus dictus Anne de Los in het St-Jacobsgasthuis opgenomen werd en in vergelding als gift onder levenden, al zijn roerende en onroerende bezittingen aan gezegd gasthuis schenkt, uitgenomen een rente van 2 1/2 mudden rogge en enkele gebruiksvoorwerpen ten bedrage van 25 Luikse stuiver, waarvan hij tot aan zijn dood wenst te genieten. De prior belooft, met toestemming van het kapittel en de opidani, hem levenslang onderkomen te verlenen in burgerkledij, hem vers vlees voor te zetten, wit brood, voldoende bier en 3 bekers wijn per dag, 1273
- Item8 mei 1280 (?) Anno domini M°CC°LXX (1), feria quarta post Misericordiam - Jan (van Edingen), bisschop van Luik, staat toe dat het St-Jacobsgasthuis 2 bunder afgelegen grond verkoopt, mits andere goederen voor de som aan te kopen, 08/05/1280
- 113 more...