Nicolaus, prior, en de gemeenschap van het St-Jacobsgasthuis verklaren dat Joannes de Sancto Trudone, predikheer te Luik, gevolmachtigde van zijn zuster Margaretha, woonachtig bij St-Adalbert te Luik, en in gevolge verzegelde brieven van de prior der Predikheren en Henricus, pastoor van St-Adalbert, aan gezegd gasthuis een bunder grond onder Haren en Bomersoven (1) een halve bunder onder Berghe (2) en een rente van 6 vaten op 18 roeden te Vrijherne overgedragen heeft, met last aan Margaretha en haar zuster Elisabeth een levensrente uit te betalen en na hun dood een rente van 12 vaten rogge aan het klooster der Predikheren te Luik, 10/12/1307
Add to clipboard
De officiaal verbiedt, op verzoek van de broeders en zusters van het St-Jacobsgasthuis, aan de schepenen van Vrolingen, onder bedreiging van kerkban en zware boete, zich met de goederen van gezegd gasthuis in te laten. Libert de Meeldert, heer van Vrolingen (1), wilde door zijn schepenhof beslag laten leggen op de nalatenschap van wijlen Elisabeth de Vroyelinghen, zuster van het gasthuis, ab intestat gestorven, wegens niet betaalde cijnsen, 10,03/1416
Add to clipboard
Het cijnshof van het St-Janskapittel van Luik te Henis verklaart dat Jan Buys, prior, in naam van het St-Jacobsgasthuis, een beemd te Rixingen, in 't goet van Voenhem (1) gelegen, verkocht heeft aan Peter Jannes, tegen een erfrente van 22 vat rogge per jaar en mits een onderpand van 4 vaten erfrente. Meier : Jan Coxe. Laten : Jan Werarts, Ghisebrecht Bollen, Henric van Houthem, Willem Momfels en Gilis Witten, 10/03/1520
Add to clipboard